Frank ten Have analyseert huidige situatie
Uiteraard ervaren ook in Voorschoten veel ondernemers en werkenden de economische en financiële gevolgen van de huidige Coronacrisis. Voor de crisis hadden we hier circa 7.000 banen (fulltimers, parttimers en uitzendkrachten, bron Lisa 2019). Bij de gemeente kwamen tot begin mei 32 aanvragen voor ondersteuning/verstrekking van bedrijfskapitaal (op ongeveer 2.340 bedrijfsvestigingen in Voorschoten, bron Lisa 2019) binnen. Daarnaast waren er iets meer dan 400 aanvragen voor steun voor levensonderhoud van ondernemers. Ten opzichte van onze buurgemeenten is dat relatief beperkt. Dat is overigens ook doordat het aantal banen in Voorschoten kleiner is (was) dan in buurgemeenten.
De economische gevolgen van de huidige crisis verschillen nogal per sector. De verwachting is dat hoogopgeleiden er gemiddeld minder of korter last van gaan krijgen. Voorschoten heeft een relatief hoog opgeleide bevolking, dus dat scheelt. In een eerste inventarisatie van de economische gevolgen in de Economie071-regio (Leiden en buurgemeenten, waaronder Voorschoten plus Katwijk) van adviesbureau Blaauwberg, gemaakt in april, komt dat ook duidelijk tot uiting. Voor bedrijven geldt: in de ontmoetingsindustrie, die voor circa 20% van de werkgelegenheid in de regio zorgt, slaat de crisis het eerst en het hardst toe. We hebben het dan over horeca, detailhandel en cultuur. Bedrijven die voor ongeveer 28% van de regionale werkgelegenheid zorgen, krijgen te maken met vertraagde gevolgen van de crisis door problemen in toelevering, besluitvorming of andere zaken. Denk daarbij aan de bouw, de industrie etc. De rest, die zo’n 52% van de werkgelegenheid in de regio omvat, zou meer weerbaar zijn en minder gevolgen ondervinden. Het gaat dan met name om het grote gezondheids- en lifescience cluster.
De regionale cijfers kunnen naar mijn mening niet één op één worden doorvertaald naar het eigen dorp. Zo bevindt het grote gezondheids- en lifescience cluster zich vrijwel exclusief in Leiden, zijn bouw en industrie hier ook minder sterk vertegenwoordigd en kent ons dorp een relatief grote ontmoetingsindustrie. Denk dan met name aan de restaurants in het centrum en het buitengebied. Bedrijven die dus direct heel hard getroffen zijn, maar beslist niet bij de pakken zijn gaan neerzitten.
Zo staat De Gouden Leeuw, het hotel en restaurant van Van der Valk al bijna twee maanden leeg. Maar de boerderij waar je inmiddels terecht kunt voor een ijsje, is ook nu al zeker een bezoekje waard, net als de in een ander gebouw op het grote terrein gevestigde Versmarkt. De hele horeca bereidt zich al volop voor op het openen van de terrassen in juni en is druk met afhalen en bezorgen van maaltijden. De winkels in het centrum inclusief de kappers en de pedicures zijn weer of nog steeds open. Bij de meeste bedrijven op de Dobbewijk kunnen de klanten ook terecht. En in de winkelcentra Adegeest en Hofland gaan vooral de bedrijven in de foodsector prima.
Hoewel een aantal ondernemers in het dorp het heel zwaar heeft, verschillen de gevolgen nogal per sector. Voor met name het grote aantal kleine zelfstandigen in Voorschoten (circa 1.400 zzp’ers) is er nog geen beeld van de consequenties. En op de langere termijn blijft de toekomst ook heel ongewis, zeker voor de retail in het centrum. Daarom pleit de OVV voor een nog nauwere samenwerking van Taskforce Centrum, COV (Centrum Ondernemers) en gemeente ter versterking van de retail, horeca (de ontmoetingsfunctie) en het historische karakter van ons dorpshart. Het is nu tijd voor het aantrekken van nieuwe winkeliers, nieuwe functies en het nog gezelliger maken van ons mooie oude centrum. Niet alleen plannen maken, maar die ook uitvoeren met inachtneming van ieders eigen verantwoordelijkheid. De eerste gesprekken zijn gevoerd. Nu doorpakken. Dan komen we met elkaar sterker uit de crisis.
Frank ten Have